donderdag 26 juni 2014 15:00

“Stijging woningprijzen te wijten aan andere factoren dan woonbonus”
Door de woonbonus is een huis de voorbije tien jaar 40.000 euro duurder geworden. Voor een gemiddelde woning komt dat neer op een stijging van 28 procent. Dat blijkt volgens De Standaard en Het Nieuwsblad uit een evaluatie die KU Leuven uitvoerde op vraag van minister van Wonen Freya Van den Bossche (sp.a). Volgens de Vlaamse Confederatie Bouw is deze stijging echter te wijten aan andere factoren dan die woningbonus.
De woonbonus is een belastingvermindering op de hypotheeklening en zorgt er dus voor dat lenen goedkoper wordt. In 2005 werd deze maatregel ingevoerd met als bedoeling om woningen betaalbaarder te maken. Maar volgens een onderzoek van KU Leuven leert de praktijk dat elke euro voordeel opnieuw wordt besteed aan de aankoop van een woning, waardoor de prijzen alleen maar worden opgedreven.
Het systeem snel afschaffen is evenwel geen optie, want dat zou de huizenprijzen doen dalen met liefst 23 procent, een dramatische instorting van de huizenmarkt. "Daarom moet de maatregel heel geleidelijk afgebouwd worden, over een periode van 20 tot 25 jaar en enkel voor nieuwe contracten", zegt onderzoeker Frank Vastmans. "Het minimum wat nu moet gebeuren, is de belastingaftrek niet meer indexeren."
Geen verband
Lang niet iedereen kan zich echter vinden in dit onderzoek en zo laait de discussie over het onderwerp alsmaar meer op. Volgens de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB) is de stijging van de woningprijzen te wijten aan andere factoren dan de woningbonus, zoals de forse toename van het aantal gezinnen en de toenemende schaarste aan nog onbebouwde percelen, waardoor de vraag toenam terwijl het aanbod beperkt bleef. De organisatie pleit dan ook voor een onverkort behoud van de woonbonus voor wie een nieuwe woning bouwt of een bestaande renoveert.
De VCB spreekt hiermee de conclusies tegen van de Leuvense onderzoekers over het effect van de woonbonus. In haar reactie wijst de VCB er onder meer op dat de prijzen voor appartementen al voor de invoering van de woonbonus in 2005 sterker stegen. Een woning van nu is ook helemaal niet te vergelijken met een pand van 10 jaar geleden. “De woonbonus heeft zeker geen enkel effect gehad op de bouwkosten die de laatste jaren enkel de evolutie van de inflatie gevolgd hebben,” aldus de Vlaamse Confederatie Bouw.
Huurmarkt
Ook het Netwerk tegen Armoede en het ABVV reageren op de studie van KU Leuven. Zij willen respectievelijk een heroriëntering met betrekking tot de huurmarkt en gerichte steun op de lage- en middeninkomens. Het Netwerk tegen Armoede pleit ervoor om de middelen die nu besteed worden aan de woonbonus te heroriënteren richting huurmarkt. "De woonbonus dient niet volledig afgeschaft, maar wel geleidelijk geheroriënteerd, waarbij een substantieel deel van het budget in de sociale en private huurmarkt geïnvesteerd wordt", aldus het Netwerk.
Steun
Het ABVV kant zich eveneens tegen de afbouw van de bestaande fiscale voordelen bij het verwerven van de eigen woning, maar pleit dan weer voor een efficiëntere en sociale woningfiscaliteit die ook rekening houdt met de budgettaire beperkingen. Zo wil men deze steun in de eerste plaats richten op de lage- en middeninkomens. “Dit kan bijvoorbeeld door de bestaande belastingvermindering aan een vast krediet van 45 procent om te zetten naar een belastingkrediet.
De socialistische vakbond wil een 'doordacht Vlaams woonbeleid zonder dat dit een radicale breuk inhoudt met het verleden'. "Voor werkende mensen is de eigen woning vaak immers het belangrijkste onderdeel van hun vermogen en de beste garantie tegen het armoederisico op latere leeftijd". Bestaande contracten dienen derhalve te worden gerespecteerd. Het is voor het ABVV gezien de budgettaire beperkingen wel billijk om de forfaits van de woonbonus in de toekomst niet verder te indexeren.
Nieuwbouw en Renovatie
Ook een heroriëntering richting nieuwbouw en renovatie wordt door andere partijen aangekaart. Opnieuw in een reactie op de Leuvense studie over de woonbonus bepleit de Bouwunie dat de nieuwe Vlaamse regering, die in het kader van de zesde staatshervorming hiervoor bevoegd wordt, deze middelen moet heroriënteren naar nieuwbouw en de renovatie van gezinswoningen. "Dergelijke investeringen ondersteunen gezinnen, stimuleren de bouwsector en zorgen dus voor omzet en jobs en genereren op die manier inkomsten voor de overheid", aldus de Bouwunie.
"De woonnoden in Vlaanderen zijn groot en zullen de komende jaren nog toenemen omwille van de demografische evolutie, de gezinsverdunning, de veroudering van het huidige woningenpark, de moderne wooncomforteisen en de normen inzake energie-efficiëntie en duurzaamheid. Steun aan de nieuwbouw en de aanpassing van de bestaande woningen om tegemoet te komen aan deze uitdagingen is derhalve erg belangrijke", aldus de Bouwunie.
Als vertegenwoordiger van de vastgoedmakelaardij in Vlaanderen heeft de Confederatie van Immoberoepen (CIB Vlaanderen) haar prioriteitennota overhandigd aan de onderhandelaars van de toekomstige Vlaamse regering. Daarbij is gepleit voor een fundamentele hervorming van de vastgoedfiscaliteit en werd o.m. een duidelijk voorstel bezorgd voor een hervorming van de woonbonus. “Meest belangrijke daarbij is dat de woonbonus niet beperkt wordt tot nieuwbouw, maar ook van toepassing blijft voor bestaande woningen,” klinkt het bij CIB Vlaanderen.
(bron: Belga)